Costa Rica: Pura Vida - Reisverslag uit Tortuguero, Costa Rica van Marco Valk - WaarBenJij.nu Costa Rica: Pura Vida - Reisverslag uit Tortuguero, Costa Rica van Marco Valk - WaarBenJij.nu

Costa Rica: Pura Vida

Door: marco

Blijf op de hoogte en volg Marco

05 Juli 2021 | Costa Rica, Tortuguero

Het is alweer 10 maanden geleden dat we in Schotland waren, dus de drang om weer op reis te gaan is groot. Toch ben ik er nog niet helemaal zeker van dat het ook echt gaat gebeuren, omdat er nog veel onzekerheden zijn. Een beetje gek is het natuurlijk wel: ik lees op NOS dat Nederlanders straks weer op vakantie mogen naar Duitsland en sommige delen van Italië. En wij gaan vrolijk naar Costa Rica. Maar alle formulieren waren in orde en langzamerhand begon het toch door te dringen dat we een fantastische vakantie tegemoet gaan.

Aangekomen in San José, slapen we dichtbij het vliegveld van waarna we een auto huren en richting de Caribische kunst rijden. Als we de drukke stad uit rijden en de jungle binnenkomen, valt het al snel op de natuur hier niet te houden is. Het vochtige en warme klimaat zorgen ervoor dat een grote diversiteit aan overhangende bomen langste de slingerende weg staan. Onderweg worden koekjes, bananenchips en water verkocht. Ons resort bevindt zich in de mangroven, op de rand van de Caribische zee. De enige manier om daar te komen is met de boot. Na drie kwartier slingeren over de modderige rivier met dichte bebossing, wordt de rivier steeds breder zitten we tegen de zee aan. Op deze fantastische plek ligt het resort. Lodges met hangmat chill plekken en een schitterend uitzicht over de mangroven. De kleurijke planten en bomen maken het echt tot een paradijs. Er leven hier echt zo veel dieren in het wild. Papegaaien, apen, slangen, leguanen, toekans enz. Je krijgt echt het gevoel dat je als mens één onderdeel bent van deze schakel. ‘s Nachts is het dan ook een groot geluidsspektakel, waar je gek genoeg heerlijk mee in slaap valt. 

Even verderop ligt het dorpje Tortuguero, dat ooit is ontstaan doordat er jarenlang structureel bos werd weggekapt en de arbeiders hier beter konden blijven wonen door de afgelegen ligging. Het hele regenwoud waar we nu zijn was toen plat. 45 jaar geleden is de ontbossing gestopt en heeft de overheid besloten om niks te herplanten, maar gewoon de natuur te beschermen en z’n gang te laten gaan. Nu is dat het gebied waar we zijn, maar volledig terug gegroeid in planten en bomen, en ook bijna in alle diersoorten. Het is het bijzonder dat de natuur zich binnen zo een korte tijd weer helemaal kan herstellen. Er zijn hier dan ook echt ideale omstandigheden: een vochtig klimaat met af en toe wat zon, regelmatig een bui en een hele constante temperatuur. Een keer in de zoveel dagen valt er een hele plens water. Dat gebeurde vannacht. We worden wakker van een ongekende regenbui. Vanaf de veranda lijkt het alsof je onder een waterval staat en er staat zo’n 10 cm water op de grond.

We hebben nog een boot tourtje gedaan in een waarbij je de dieren kan bekijken. Soms sta je er echt van te kijken hoe de gids de dieren weet te spotten die met schutkleuren verstopt zitten in de bomen. Zelfs als hij de boot stopt en uitlegt waar ie zit, valt het nog niet mee om het te zien. Soms zit ie recht recht voor je neus maar valt het totaal niet op. Hij beweerde ook een luiaard te zien, maar niemand van ons zag hem. Ik denk dat er niets anders op zit dan hem maar gewoon te geloven.

We reizen door naar Puerto Viejo, het zuiden van Costa Rica aan het Caribische kust, tegen de grens met Panama. Met de kleurijke strand tentjes en de aardige mensen kom je echt een super chille reggae sfeer terecht. Precies zoals ik me de Caribische sfeer had voorgesteld. Door de Corona zijn er weinig toeristen en zijn sommige restaurants dicht, maar toch proef je de bijzondere sfeer. Het heeft wel als voordeel dat er geen kip te bekennen is op de bekende stranden, waar je normaal tussen andere toeristen ligt. We slapen in een lodge die yoga retreat heeft, midden in het bos met hoge oude bomen en het geluid van vogels en krekels. Af te toe horen we gegrom van verderop uit de jungle. Het blijken Congo apen te zijn. De volgende dag blijkt echter dat er een aantal graafmachines ff volgas aan de slag gaan vlak naast het zwembad, dus tot zover de yoga retreat.

Het gezellige Puerto Viejo met de stranden er omheen biedt dan de uitkomst. ‘s Avonds zitten we met een cocktail en wat eten met ons voeten in het zand bij zo een typische strandtent. Voor ons pakt een local een gevallen kokosnoot uit het zand, slaat  met speels gemak de bovenkant open met een steen, en loopt drinkend verder. Even later vraagt deze gekleurde man of ie naast ons mag komen zitten. Hij heet Fred en blijkt 16 jaar geleden hier naartoe geïmmigreerd te zijn uit Californië. Inmiddels heeft hij zijn eigen business in zipline opgezet en voelt hij zich nog elke dag gezegend dat hij hier mag leven. Hij is nooit meer terug geweest naar de VS. Het is altijd leuk en inspirerend om dit soort verhalen te horen van mensen die hun hart volgen en niet het verwachtingspatroon vanuit de maatschappij. Toch denk ik wel dat ie ook handelt in cannabis, vooral in tijden van minder toerisme.  Bij een restaurant stond er een muurtekening met de slogan: Vive como suenos (leef als je dromen). Dat is ook wel een mooie zin om bewust de dingen te doen in het leven waar je van droomt, en je niet te laten leiden door wat gebruikelijk of volgens de norm is. 


Met het Spaans zijn Yael en ik nog regelmatig aan het stuntelen. Ik ben toch wel wat vergeten en gooi allemaal Franse woorden tussendoor. Soms realiseer ik me dat later pas en vraag ik me echt af hoe ze me ooit hebben kunnen begrijpen. Maargoed Frans en Spaans lijkt nog een beetje op elkaar kan je zeggen. Yaël maakt het nog wat gekker en gooit af een toe een Nederlands woord tussendoor, zoals ‘ik’ of ‘één’.  Dan ga je natuurlijk niet je lach inhouden, dat lukt niet eens. Verder is het wel bijzonder dat de locals heel vaak ‘Pura Vida’ zeggen, wat zoiets betekent als leef puur. Het is een soort slogan van het land. Vaak zeggen ze het aan het eind van een gesprek, als een soort van gedag. Hoe gaat het? Pura vida. Goedemiddag: Pura vida. Tot ziens! Pura vida. Graag gedaan: Pura vida. Ik dacht dat zoiets alleen bestond in smurfentaal. En ook veel restaurants heten Pura Vida, je ziet het vaak als een kreet staan bij de een natuurgebied, en als je het WiFi wachtwoord wil raden is het waarschijnlijk Puravida1234. Ook zagen we iemand op het stand een hele mooie golf surfen, waarop de locals op het strand schreeuwen: Pura vidaaaa!! Iedereen leeft hier heel bewust samen met de natuur zo lijkt het. Bij het binnenlopen van een nationaal park hadden we plastic waterflessen aan de zijkant van onze tassen en hiermee kwamen we het park niet in. De man zei dat we maar naar de supermarkt een herbruikbare fles moesten kopen. Na een vrij lang gesprek en nadat we bijna terugliepen, blijkt het genoeg te zijn als we om de hoek even de flessen in onze tassen doen dat ze niet te zien zijn. Er staat namelijk een camera op ons gericht die het controleert, zegt dat man een beetje stiekem.

Nadat we het sfeertje van de Caribische kust goed geproefd hebben in de cocktails, rijden we in 5,5 uur naar een bergachtiger gebied in noorden. Tijdens het typen van dit reisverslag wordt ik nog even afgeleid door een kraampje dat empanadas verkoopt. First things first, even lunchen. Wel mooi dat echt alles hier langs de weg in primitieve kraampjes verkocht wordt. Als ik een onbekend soort fruit zie dat moet ik dat altijd ff proberen. Zo kwam ik laatst een ‘manzana de aqua’ tegen, een waterappel, maar is meer een kruising tussen een appel en een peer. Ook is er een bes die je als een soort kauwgum om tijdje in je mond houdt, je kan hem niet zomaar opeten. Altijd geinig om te proberen. 

In het hostel worden we verwelkomd door een local die zegt dat zijn engels niet zo best is, en is het toch weer ff aankloten in het Spaans. Die avond praat hij ineens wel vloeiend Engels en kan ie goed advies geven wat er in de omgeving te doen is, heeft ie toch snel geleerd dan. We slapen in een klein houten hutje met een ongelofelijk mooi uitzicht op de vulkaan. Het is nog bewolkt dus valt lastig te zien. De volgende morgen om 5 uur is het echter helemaal helder en zien de hele vulkaan in een prachtige zonsopkomst. Das wel ff als een koning wakker worden. Het is illegaal om de vulkaan de beklimmen, omdat er de afgelopen jaren te veel mensen zijn omgekomen. In 1968 was er een hele grote uitbarsting waarbij een heel dorp en bos is weggevaagd. In 2007 en 2010 in er ook nog een eruptie geweest. In de ochtend doen we een hike aan de voet van de vulkaan door de jungle heen. Deze jungle is zeer dicht begroeid en heeft vele diersoorten, maar is dus nog helemaal niet zo oud, omdat het in 1968 nog een plak lava was. Als we bijna aan het eind van de hike zijn, komen we langs een klein meer van zo’n 30 meter. Even verderop spraken we nog met een local die op zijn tablet oude fotos en krantenartikelen liet zien uit die tijd. Hij vertelt dat het meertje gevormd is door een gigantische rots die door de lucht is gevlogen tijdens de uitbarsting, daar terecht is gekomen en een krater heeft geslagen. Toch vrij bizar wat voor natuurgeweld er heeft plaatsgevonden. We zitten met een mooi uitzicht op vulkaan een smoothie te drinken. Bij het zien van de oude foto’s vertelt die man dat waar we nu op uitkijken, vroeger het dorp lag dat is weggevaagd. Hij laat de foto’s van voor en na de uitbarsting zien. Daar valt je mond wel ff van open. 

Die middag pakken we nog een hike mee naar een waterval, beide waren 6 km. Het is echt zo een mooie blauwe waterval met een meertje ervoor dat zo op de voorkant van een reisgids kan. Ik schat dat er door de Corona per dag maar zo’n 50-100 mensen komen, echt ideaal. Die avond pakken we hotsprings nog even mee. Heerlijk na een dagje hiken. Het is een soort wellness park met jacuzzi’s en zwembaden die verwarmd worden uit natuurlijke vulkanische bron. Zo is er een zwembad van 52 graden, aardig gek. Daarna nog even een grandioze massage en we noemen het een 5-sterren dag. 
De volgende stop is Monteverde, dat hemelsbreed maar 23 km verderop ligt. Ik denk das easy peacy, maar het is 112 km en dik 3 uur rijden over deels onverharde slechte wegen door een bergachtig landschap, waar we ook om een groot meer heen moeten rijden. Uiteindelijk nog best wel vermoeiend omdat je heel goed moet opletten op de talloze kuilen in de weg. Gelukkig hebben we een goede auto met vierwielaandrijving. Aangekomen in Monteverde gaan we naar een nationaal natuurpark. Er staan hoge bomen van honderden jaren oud waaraan lianen hangen en mos groeit, echt een klassiek beeld van een regenwoud. We kunnen natuurlijk makkelijk naar een dierentuin gaan en dan alle dieren in één keer zien, maar daar is weinig lol aan en vind ik ook niet gepast. In plaats daarvan wandelen we 3 uur, kijken we continu in het rond, en zien we ongeveer 1 papegaai. Er zitten hier veel dieren maar we zijn op het verkeerde moment in de namiddag, wanneer ze hun energie sparen. ‘s Avonds eten we in een restaurant dat voelt alsof het bij iemand in de woonkamer is. Op een klein schoolbord staat heel simpel een aantal gerechten geschreven. Moeders staat in de keuken en de ober is de zoon 9 jaar oud schat ik. Als ik aan hem vraag of de specialiteit het huis lekker is, zegt ie te eerlijk: nou niet echt, misschien kan je beter een hamburger met friet nemen. Toch neem ik het. Het resultaat: een super lekkere maaltijd die typisch Costa Ricaans is. Altijd leuk dit soort restaurantjes. 

Tamarindo is de volgende bestemming, gelegen aan de Pacifische kust. Het valt op dat er hier een meer hippe en toeristische sfeer hangt, terwijl er aan de Caribische kust meer de chille rasta sfeer hangt die kleinschaliger is. Bij een strandtent zitten we heerlijk aan de tapas met caipirinha tot we de zon in de zee zien zakken. Het lijkt wel een beetje de copacabana in Rio de Jeneiro. Als je op het strand ligt komen er ook regelmatig mensen langs om bier of cocusnoten te verkopen. Ons hotel ligt om de hoek, dus het is even heerlijk ontspannen zo. 

We zitten aan begin van het regenseizoen en opzich hebben we nog niet heel veel regen gehad. Vanavond is het nog droog maar hangt er onweer in de lucht. Het flitst continu en het gedonder wordt steeds luider, echt alsof het begint te spoken. Nadat we net heerlijke Argentijnse biefstuk  op hebben, is Yaël nog even aan het kijken voor de mooie yurk, terwijl ik buiten op een bankje wacht. Ineens is er een gigantische klap en slaat de bliksem voor mijn gevoel in de lantaarnpaal achter me in. Ik schrik me helemaal de pleuris natuurlijk. Het alarm van de auto achter me gaat af vanwege de klap. Twee locals zagen mij van het bankje opspringen en moeten lachen. Toch denk ik dat ze zelf ook we schrokken. De bliksem sloeg misschien ook iets verder in, dat weet ik niet precies, maar het moet ergens in de straat zijn geweest. Er is hier trouwens een avondklok vanaf 9 uur, maar de toeristen mogen wel langer buiten blijven. Alles sluit rond die tijd dus we zijn eigenlijk altijd al binnen dan. De zon komt om 5 uur op en gaat 6 uur onder, dus het is vaak vroeg op en vroeg naar bed. 

Er zijn hier hele goede wegen, maar ik heb ook over de allerslechtste wegen ooit gereden. Onderweg naar Nosara is het echter wel heel bizar. Bijna de gehele weg is niets anders dan steen met modder, kluilen, kluilen en kluilen. Op sommige stukken weg moet je echt stapvoets rijden en dan schud je nog alle kanten op. Het is een kwestie van met de juiste snelheid over de kuilen heen rijden zonder een klapband te krijgen. Bij een rivier ga je dan vaak zo een primitief stalen bruggetje over van 3,5 m breed, met rammelende stalen platen die vol zitten met roest. Als we bijna zijn aangekomen moeten echter een riviertje oversteken maar is er alleen een heel smal gammel bruggetje voor de brommers. De auto’s moeten door het water heen. Het heeft afgelopen nacht heel hard geregend dus het rivier staat heel hoog. Ik kan me voorstellen dat hier normaal sproken een lullig beekje loopt, maar nu is het een rivier van ongeveer 8 meter breed en 1 meter diep. Er is een local die me wat advies geeft hoe je er doorheen moeten rijden, zodat je auto niet de diep in het water zinkt. Officieel is het natuurlijk niet toestaand om dit te doen met een huurauto. Eerst kijken we rustig hoe een paar andere auto’s er doorheen rijden en hoe diep ze wegzinken. Een normale auto kan hier niet doorheen rijden, maar een jeep wel. Onze auto zit er een beetje tussenin; hij ligt wel wat hoger en heeft 4 wiel aandrijving, maar het blijft een normale auto zonder snorkel. Er is echter geen andere optie zegt de local. Ja, of je moet weer helemaal terug en via de andere kant het dorpje binnenrijden, maar dat duurt zeker 3 uur. Nadat we een paar vergelijkbare auto’s de oversteek hebben zien maken, waag ik het erop. Yaël blijft wachten op het bruggetje. De auto zinkt diep weg en ik voel hem een beetje grip verliezen doordat ie gedeeltelijk begint te drijven, maar het lukt. Wat een avontuur hee. 

We rijden door naar Monteverde, dat hemelsbreed maar 23 km verderop ligt. Ik denk das easy peacy, maar het is 112 km en dik 3 uur rijden over deels onverharde slechte wegen door een bergachtig landschap, waar we ook om een groot meer heen moeten rijden. Uiteindelijk nog best wel vermoeiend omdat je heel goed moet opletten op de talloze kuilen in de weg. Gelukkig hebben we een goede auto met vierwielaandrijving. Aangekomen in Monteverde gaan we naar een nationaal natuurpark. Er staan hoge bomen van honderden jaren oud waaraan lianen hangen en mos groeit, echt een klassiek beeld van een regenwoud. We kunnen natuurlijk makkelijk naar een dierentuin gaan en dan alle dieren in één keer zien, maar daar is weinig lol aan en vind ik ook niet gepast. In plaats daarvan wandelen we 3 uur, kijken we continu in het rond, en zien we ongeveer 1 papegaai. Er zitten hier veel dieren maar we zijn op het verkeerde moment in de namiddag, wanneer ze hun energie sparen. ‘s Avonds eten we in een restaurant dat voelt alsof het bij iemand in de woonkamer is. Op een klein schoolbord staat heel simpel een aantal gerechten geschreven. Moeders staat in de keuken en de ober is de zoon 9 jaar oud schat ik. Als ik aan hem vraag of de specialiteit het huis lekker is, zegt ie te eerlijk: nou niet echt, misschien kan je beter een hamburger met friet nemen. Toch neem ik het. Het resultaat: een super lekkere maaltijd die typisch Costa Ricaans is. Altijd leuk dit soort restaurantjes. 

Tamarindo is de volgende bestemming, gelegen aan de Atlantische kust. Het valt op dat er hier een meer hippe en toeristische sfeer hangt, terwijl er aan de Caribische kust meer de chille rasta sfeer hangt die kleinschaliger is. Bij een strandtent zitten we heerlijk aan de tapas met caipirinha tot we de zon in de zee zien zakken. Het lijkt wel een beetje de copacabana in Rio de Jeneiro. Als je op het strand ligt komen er ook regelmatig mensen langs om bier of cocusnoten te verkopen. Ons hotel ligt om de hoek, dus het is even heerlijk ontspannen zo. 

We zitten aan begin van het regenseizoen en opzich hebben we nog niet heel veel regen gehad. Vanavond is het nog droog maar hangt er onweer in de lucht. Het flitst continu en het dondert steeds harder, echt alsof het begint te spoken. Nadat we net heerlijke Argentijnse biefstuk  op hebben, is Yaël nog even aan het kijken voor de mooie yurk, terwijl ik buiten op een bankje wacht. Ineens is er een gigantische klap en slaat de bliksem voor mijn gevoel in de lantaarnpaal achter me in. Ik schrik me helemaal de pleuris natuurlijk. Het alarm van de auto achter me gaat af vanwege de klap. Twee locals zagen mij van het bankje opspringen en moeten lachen. Toch denk ik dat ze zelf ook we schrokken. De bliksem sloeg misschien ook iets verder in, dat weet ik niet precies, maar het moet ergens in de straat zijn geweest. Er is hier trouwens een avondklok vanaf 9 uur, maar de toeristen mogen wel langer buiten blijven. Alles sluit rond die tijd dus we zijn eigenlijk altijd al binnen dan. De zon komt om 5 uur op en gaat 6 uur onder, dus het is vaak vroeg op en vroeg naar bed. 

Er zijn hier hele goede wegen, maar ik heb ook over de allerslechtste wegen ooit gereden. Onderweg naar Nosara is het echter wel heel bizar. Bijna de gehele weg is niets anders dan stenen met modder, kluilen, kluilen en kluilen. Op sommige stukken weg moet je echt stapvoets rijden en dan schud je nog alle kanten op. Het is een kwestie van met de juiste snelheid over de kuilen heen rijden zonder een klapband te krijgen. Bij een rivier ga je dan vaak zo een primitief stalen bruggetje over van 3,5 m breed, met rammelende stalen platen die vol zitten met roest. Als we bijna zijn aangekomen moeten echter een riviertje oversteken maar is er alleen een heel smal gammel bruggetje voor de brommers. De auto’s moeten door het water heen. Het heeft afgelopen nacht heel hard geregend dus het rivier staat heel hoog. Ik kan me voorstellen dat hier normaal sproken een lullig beekje loopt, maar nu is het een rivier van ongeveer 8 meter breed en 1 meter diep. Er is een local die me wat advies geeft hoe je er doorheen moeten rijden, zodat je auto niet de diep in het water zinkt. Officieel is het natuurlijk niet toestaand om dit te doen met een huurauto. Eerst kijken we rustig hoe een paar andere auto’s er doorheen rijden en hoe diep ze wegzinken. Een normale auto kan hier niet doorheen rijden, maar een jeep wel. Onze auto zit er een beetje tussenin; hij ligt wel wat hoger en heeft 4 wiel aandrijving, maar het blijft een normale auto zonder snorkel. Er is echter geen andere optie zegt de local. Ja, of je moet weer helemaal terug en via de andere kant het dorpje binnenrijden, maar dat duurt zeker 3 uur. Nadat we een paar vergelijkbare auto’s de oversteek hebben zien maken, waag ik het erop. Yaël blijft wachten op het bruggetje. De auto zinkt diep weg en ik voel hem een beetje grip verliezen doordat ie gedeeltelijk begint te drijven, maar het lukt. Wat een avontuur hee. 

De stranden zijn in Nosora niet toeristisch, maar puur en rauw. De jungle eindigt gewoon op het stand en bomen verdwijnen soms in zee. Mooi te zien dat ze hier de natuur gewoon zijn gang laten gaan. In de omgeving is niet veel te doen, maar we slapen in een gezellig hostel waar ze een slackline over een zwembad hebben. Na vele keren in het water te zijn gevallen is het toch een paar keer gelukt om naar de overkant te lopen. We hadden natuurlijk ook niet eerder weggekund als het me niet gelukt was. Verder doen we ‘s ochtends vroeg nog een yogales en ‘s avonds is er een karaoke avond. Het is helaas onmogelijk om Yaël over te halen om samen een liedje te doen, zelfs niet in het Frans. Terwijl ik degene ben ik niet kan zingen. Toen ik zomaar een nummer op de lijst zette, werden de zenuwen een beetje teveel en moest ik hem snel weer doorkrassen. Wel leuk van dit hostel is dat je echt veel mensen spreekt en een groepsgevoel krijgt, terwijl we wel onze privé kamer en luxe hebben.

Tijdens de reis naar onze laatste plek kiezen kiezen we ervoor om bij een ‘Soda’ te lunchen onderweg. Dat is de naam voor een simpel wegrestaurantje hier. We hadden de hoop op een authentieke, goede lunch, maar wat was het slecht. We moesten bestellen bij waarschijnlijk de dochter van de eigenaar, die alleen Spaans kon fluisteren. Uiteindelijk snapten we er echt geen pepernoot van en hadden we zoiets van: doet maar gewoon wat. Het was totaal niet te kanen, en als klap op de vuurpijl lag er ook nog een mug met bloed op het bord, waar ik creatief de rijst met bonen aan het eten was. We hadden niet ontbeten en je zou zeggen honger maakt rauwe bonen zoet, maar ook dat heeft zijn grenzen. Dat terwijl en een paar honderd meter eerder gewoon een KFC te vinden was.

In Santa Teressa zie je dat het toerisme iets verder is. Hier ligt wel een afvalt weg in de hoofdstraat en zijn fancy restaurants en cocktailbars te vinden. Wel is de Amerikaanse invloed duidelijk af te lezen en worden prijzen hier vaak alleen in dollars genoemd. De Alantische oceaan is echt krachtig en kan je makkelijk de zee in trekken. Dat is gebeurd bij een meid die mij een surfboard uitleent. Extra op me hoede zijn dus. Ik probeer altijd in de buurt van andere surfers te blijven en mezelf niet te overschatten. Na een redelijke worsteling met de zee lukt het om tijdens een prachtige zonsondergang wat leuke golfjes te pakken.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Costa Rica, Tortuguero

Costa Rica

.

Recente Reisverslagen:

27 Mei 2022

Nepal

05 Juli 2021

Costa Rica: Pura Vida
Marco

Rondreis in Zuid-Amerika

Actief sinds 07 Okt. 2015
Verslag gelezen: 579
Totaal aantal bezoekers 13814

Voorgaande reizen:

10 April 2022 - 01 Mei 2022

Nepal

05 Juli 2021 - 05 Juli 2021

Costa Rica

24 Mei 2019 - 14 Juni 2019

Indonesie

01 Oktober 2015 - 28 Maart 2016

zuid amerika

Landen bezocht: